Goed herstellen

Belangrijk bij het herstellen is het aanvullen van de verbruikte energievoorraden, het herstellen van het beschadigd spierweefsel en zorgen voor een snel en goed herstel. Dit zijn belangrijke zaken na een training die eigenlijk gezien mogen worden als een onderdeel van de training, zodat een volgende training effectief afgewerkt kan worden. Vaak denken sporters hij nog te gemakkelijk over. 

Hoe moet dit aangepakt worden, wat moet ik eten of drinken zijn veel gestelde vragen over het herstel. Belangrijk bij het herstel zijn natuurlijk koolhydraten en eiwitten.

De beschadigingen van het spierweefsel kunnen goed worden hersteld door middel van eiwitten en tevens zorgen de eiwitten voor de aanpak van nieuw spierweefsel waardoor je sterker wordt. Na een stevige training is het goed om zo’n 30 gram eiwitten te nuttigen om een goed herstel te hebben. Terwijl na een rustige training minder eiwitten ook voldoende zal zijn.

Koolhydraten zijn de brandstof voor ons lichaam. Het glycogeen zoals deze voorraad ook genoemd wordt is opgeslagen in de spieren en zorgt ervoor dat je inspanningen kan leveren. Deze wil je na een training natuurlijk meteen aanvullen voor de volgende training. Dit zorgt voor betere spierprestaties en herstelt ook je immuunsysteem wat erg belangrijk is om niet ziek te worden. Zo’n 0,5 tot 2 gram koolhydraten per kg lichaamsgewicht is een prima hoeveelheid. Ga je langere trainingen doen dan mag het ook meer zijn. Het aanvullen gebeurt overigens niet volledig meteen na een training maar neemt langere tijd in beslag. Blijk daarom regelmatig koolhydraten eten om de glycogeen hoeveelheid weer volledig aan te vullen. 

Let hierbij op dat als trainingen elkaar snel opvolgen je er natuurlijk voor moet zorgen dat je sneller aanvult zodat je de volgende training weer goed kunt volbrengen.